De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) treedt op 25 mei 2018 in werking. Op hetzelfde tijdstip zal de Uitvoeringswet in werking moeten treden.
Nieuwsmedia hebben vanwege hun maatschappelijke functie bepaalde vrijstellingen om persoonsgegevens te verwerken. Dit is zo geregeld om journalisten niet te belemmeren in hun taakuitoefening.
Als nieuwsfeiten op grond van privacyregels niet naar buiten gebracht kunnen worden of verwijderd moeten worden, komt de persvrijheid in het gedrang.
De AVG bepaalt dat lidstaten de mogelijkheid om persoonsgegevens te verwerken voor journalistieke doeleinden in nationale wetgeving moeten vastleggen.
In het wetsvoorstel kiest het ministerie van Justitie en Veiligheid er echter voor om niet alle ruimte die de verordening voor deze vrijstellingen biedt te benutten.
‘Gebruik ruimte die verordening biedt’
De Uitvoeringswet is beleidsneutraal. Dat wil zeggen dat daar waar de verordening ruimte laat voor nationale keuzes, zoals bij de uitzondering om persoonsgegevens te verwerken voor journalistieke doeleinden, de bestaande regels die momenteel al gelden, zoveel mogelijk ongewijzigd worden overgenomen.
NDP Nieuwmedia is van mening dat de Nederlandse wetgever meer gewicht dient toe te kennen aan de vrijheid van meningsuiting omdat het recht op gegevensbescherming zwaarder gaat wegen onder de AVG.
In het belang van de journalistiek dient de wetgever nu tot een hernieuwde afweging te komen.
Eerder pleitte NDP Nieuwsmedia er al voor om de persvrijheid niet verder te beperken dan de verordening voorschrijft.
‘Nederland kent een traditie van persvrijheid en behoort op dit vlak tot de mondiale top.’ Het past volgens NDP Nieuwsmedia binnen deze traditie om een ruime uitzondering te formuleren voor gebruik van persoonsgegevens voor journalistieke doeleinden.