Het kabinet vindt het bewaren van telecommunicatiegegevens (dataretentie) belangrijk voor de bestrijding van ernstige misdaden. Het werkt aan een wetsvoorstel dat providers zal verplichten om gegevens over telefoonverkeer een jaar lang op te slaan en gegevens over internetgedrag tot maximaal een half jaar.
Van der Steur schrijft nu dat het wetsvoorstel later wordt ingediend omdat hij een uitspraak van het Europees Hof van Justitie nog moet bestuderen.
De minister schrijft echter dat hij wel verwacht om het wetsvoorstel ‘binnenkort’ voor advies voor te leggen aan de Raad van State.
Oude wet bewaarplicht ongeldig
Van der Steur doelt op de uitspraak waarmee het Europees Hof van Justitie anderhalf jaar geleden de Europese richtlijn over de bewaarplicht onwettig verklaarde. Veel landen staakten toen direct de opslag van verkeersgegevens, maar voormalig minister Opstelten vond dat de Nederlandse implementatie van de richtlijn in stand kon blijven.
In maart van dit jaar stelde de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag de Nederlandse Wet bewaarplicht telecommunicatiegegevens alsnog buiten werking.
De rechter oordeelde dat de bewaarplicht strijdig is met het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Het maakt een te grote inbreuk op het recht op eerbiediging van privéleven en het recht op bescherming van persoonsgegevens.
De bewaarplicht brengt een risico voor journalistieke bronbescherming met zich mee en leidt tot chilling effects
Bewaarplicht van Europese agenda gehaald
Onlangs maakte de Europese Commissie bekend geen nieuwe richtlijn over de bewaarplicht te introduceren. Het is aan de Lidstaten om hier eigen wetgeving over te maken.
Deze nationale wetgeving moet uiteraard voldoen aan de Europese grondrechten, zoals het recht op eerbiediging van privéleven en bescherming van persoonsgegevens.