Deze verordening regelt de verwerking van persoonsgegevens voor alle lidstaten, zonder de lidstaten ruimte te laten voor eigen invulling. Lidstaten krijgen waarschijnlijk wél de ruimte om de bepaling die specifiek de journalistiek beschermt (artikel 80) zelf nader in te vullen.
Landen met een bedenkelijke reputatie op het gebied van vrijheid van meningsuiting en persvrijheid worden zo niet gedwongen hun beleid aan te passen. ENPA pleit daarom voor een regeling die voor alle lidstaten gelijk is.
Het is belangrijk dat de privacybescherming (van bijvoorbeeld verdachten) soms voor het algemeen belang moet wijken, zodat journalisten zonder de dreiging van boetes of andere sancties hun publieke taak kunnen vervullen.
Journalisten moeten in vertrouwelijkheid bronnen kunnen raadplegen, onbelemmerd kunnen putten uit archieven en belangwekkende informatie kunnen publiceren. Een expliciete journalistieke uitzondering is daarvoor noodzakelijk.
In het laatste voorstel is dit niet afdoende geformuleerd: de verordening refereert slechts vrijblijvend aan vrijheid van meningsuiting in algemene zin, waardoor de uitzondering dreigt te verwateren. Dit kan leiden tot rechtsonzekerheid en een chilling effect.
Steun de petitie
NDP Nieuwsmedia en ENPA vragen de petitie te ondertekenen en zo uniforme, expliciete beschermingsregeling voor journalistiek te steunen.