Toepassing ervan in digitale producten en diensten vergt wel nieuw en ander overleg tussen gebruikers en rechthebbenden. Die conclusie trok NDP Nieuwsmedia na de werkconferentie over een flexibel auteursrecht die op dinsdag 23 april plaatsvond in het Olympisch Stadion in Amsterdam.
Google Nederland en de Federatie Auteursrechtbelangen organiseerden de werkconferentie om in kaart te brengen of en waar het auteursrecht innovatie belemmert.
Tijdens de werkconferentie presenteerden vier categorieën gebruikers en ‘maker-gebruikers’ de praktische bezwaren die zij ondervonden bij het verwerken van auteursrechtelijk beschermd materiaal. De casuïstiek betrof toepassingen op het terrein van cultureel erfgoed, het onderwijs en de indexatie van audiovisueel materiaal.
In de regel juichen rechthebbenden (her)gebruik van hun materiaal toe. En die (her)gebruikers zijn veelal ook bereid daarvoor een redelijke vergoeding te betalen. Maar niet altijd vinden partijen elkaar. De samengesteldheid van digitale producten en diensten kan daarbij een complicerende factor zijn.
In zulke gevallen moeten de rechten vaak met meerdere partijen worden geregeld. De ervaring leert dat tijdig contact zoeken met rechthebbenden en effectief zoeken naar oplossingen in de meeste gevallen resulteert in werkbare oplossingen.
Soms komen partijen er echter niet uit. Een maker blijft uiteindelijk de investeerder in en eigenaar van een werk, en moet bijvoorbeeld hergebruik door een derde partij kunnen weigeren als de nieuwe openbaarmaking aanzienlijk nadeel toebrengt aan de waarde van zijn werk.
De conferentie was een vervolg op de bijeenkomst die staatssecretaris Teeven vorig jaar organiseerde. Daar werd de vraag opgeworpen op welke manier het auteursrecht flexibeler gemaakt kon worden.
De conferentie van afgelopen dinsdag maakte duidelijk dat het auteursrecht, inclusief alle excepties daarop, gebruikers en rechthebbenden ruimschoots de mogelijkheid biedt om in dialoog tot praktische oplossingen te kunnen komen.